Het agentschap in cijfers
Aanmelden mijn burgerprofiel
VCET wil mensen aan het werk zetten

"Het kan best zijn dat u een collega met enkelband hebt"

Het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht (VCET) monitort op een doordeweekse dag ongeveer 1800 mensen met een enkelband. In 2023 heeft het VCET in totaal 6767 enkelbanden aangesloten, een groei van maar liefst 30 procent tegenover het jaar ervoor. In vergelijking met het begin van deze legislatuur spreken we zelfs over een verdubbeling. Meer dan ooit is de enkelband een instrument om de overbevolking in de gevangenissen tegen te gaan, en daders een straf te geven die hun re-integratie in de samenleving bevordert in plaats van bemoeilijkt. De meeste mensen met een enkelband kunnen namelijk nog steeds gaan werken of een studie doen binnen een strikt uurrooster. Het VCET stelt alles in het werk om dat te faciliteren. Tom Van Den Bosch en Elien de Leeuw legden ons uit hoe. 

Terug

Alleen als iemand thuis zit met een enkelband in het kader van voorlopige hechtenis, tijdens het gerechtelijk onderzoek dus, kan die de woonst niet verlaten. In de andere gevallen kan iemand gaan werken, of een opleiding volgen. Om dat te faciliteren, krijgt de justitiabele een uurrooster. Een blok van maximaal twaalf uur (bij een voltijdse job), maximaal zes dagen per week, waarin iemand het huis mag verlaten om naar de werk- of studieplaats te gaan. Die uren kunnen schuiven, op basis van shifts bijvoorbeeld, of als je werkt in een sector waarin je dagelijks een ander rooster hebt. Het VCET krijgt jaarlijks tienduizenden oproepen om uurroosters in orde te brengen, zodat enkelbanddragers kunnen gaan werken. Het nieuwe platform mijnenkelband.be zal het binnenkort mogelijk maken voor justitiabelen om hun uurrooster te raadplegen, veranderingen aan te vragen in het kader van hun tewerkstelling, en de nodige documentatie op te laden om de aanvraag te staven. Het VCET doet er dus alles aan om tewerkstelling, en dus een naadloze overgang van straf tot terugkeer in de samenleving, te faciliteren.

Bij het VCET zag men echter dat meer dan de helft van de justitiabelen niet aan het werk of aan het studeren was, wat men noemt een ‘zinvolle dagbesteding’. Teamverantwoordelijke Tom Van Den Bosch en justitieassistent Elien De Leeuw wilden hiermee aan de slag. 

Hoe komt dat?  

Van Den Bosch: “Daar zijn verschillende redenen voor. Langs de ene kant zien we dat de meeste mensen bij wie een zinvolle dagbesteding – dus een job of opleiding – in de voorwaarden staat van hun elektronisch toezicht wél aan het werk zijn. Mensen moeten namelijk akkoord gaan met die voorwaarde wanneer ze de gevangenis verlaten en hun straf verder thuis uitzitten. De justitieassistenten in de justitiehuizen kunnen hen daar ook op aanspreken wanneer ze niet aan die voorwaarde voldoen. Als de opdrachtgever het niét in de voorwaarden opneemt, dan zien we inderdaad een lagere activiteit. Terwijl, langs onze kant tewerkstelling perfect mogelijk is. Bijna iedereen die onder elektronisch toezicht staat kan een uurrooster krijgen voor werk of een opleiding of dergelijke meer. Tewerkstelling komt steeds terug in de lectuur als een grote meerwaarde van elektronisch toezicht. Je neemt op een zinvolle manier deel aan de maatschappij, en je neemt je verantwoordelijkheid op voor je eigen financiële situatie, je schuldeisers, je slachtoffers ...” 

De Leeuw: “Het agentschap wilde hier zelf actie in ondernemen. In Limburg hebben we een partner gevonden in de VDAB en zochten we niet alleen contact met de justitiabelen, maar ook met werkgevers. We wilden enkele vooroordelen wegwerken. Werkgevers hadden vaak het idee dat daar veel extra administratie bij zou komen kijken, terwijl dat helemaal niet waar is.”

Van Den Bosch: “Werken met een enkelband kan onder één voorwaarde: je moet administratief in orde zijn. Je moet je tewerkstelling kunnen aantonen via een arbeidsovereenkomst en loonfiches, of als je zelfstandig bent aan de hand van facturen. Je kan een uitgangsblok krijgen van maximaal twaalf uur, zes dagen per week. Dat zijn de enige belemmeringen, al is het niet in elke sector evident om iemand met een enkelband aan te nemen. Als je in de bouw werkt, kan je niet beslissen om over te werken als je allemaal samen in hetzelfde busje naar de werf bent gekomen. De man met zijn enkelband moet op tijd terug thuis zijn. Een justitiabele kan wel een bepaald verbod hebben om een beroep uit te voeren. Een verbod op werken in een dancing of als taxichauffeur komt vaak terug omdat dat risicomilieus zijn. We zien het bij zelfstandigen meer voorkomen dat mensen een verbod hebben om een zelfstandige activiteit uit te voeren, dat is vaak omwille van fraude.”  

Elektronisch toezicht is hoe langer hoe meer een alledaags gegeven.

Hoe ben je concreet aan de slag gegaan?

De Leeuw: “We hebben een gerichte bevraging gedaan. We bellen de persoon altijd op twee weken voor de aansluiting van de enkelband om uitleg te geven over de aansluiting, uurrooster, om het adres te controleren, … Voordien vroegen we of ze werk of opleiding hadden, als het antwoord ja was, gaven we ze extra informatie over wat ze ons moesten bezorgen om hun uurrooster in orde te krijgen. Als het nee was, dan lieten we het zo. Nu gaan we doorvragen voor de dossiers in ons proefproject: waarom ben je werkloos? Als het invaliditeit is, kunnen ze inderdaad niet doorverwezen worden naar de VDAB, maar als de persoon werkzoekend is, dan polsen we of die geïnteresseerd is om in contact te komen met VDAB. We hebben zo al 37 justitiabelen in contact gebracht met de VDAB in Limburg. Onze contactpersoon bij de VDAB werkt met gedetineerden, dus heeft al connecties met werkgevers die openstaan voor werken met justitiabelen.”

Van Den Bosch: “Elektronisch toezicht is hoe langer hoe meer ook een alledaags gegeven. We zitten met 1800 mensen in Vlaanderen met een enkelband, en die zitten overal. Je ziet dat ook niet altijd, dus het kan perfect dat jij een collega hebt met een enkelband van wie je het niet weet. En wij gaan het ook niet meedelen. Wij willen alleen weten dat justitiabelen correct gebruik maken van hun uurrooster.”

Merken jullie soms misbruik?

Van Den Bosch: “Gevoelsmatig wel, maar als je de cijfers bekijkt valt dat echt mee. We hadden de indruk dat er een golf was van mensen die zich gingen vestigen als zelfstandige om zo meer uitgangsuren te krijgen. Dat is ook vrij eenvoudig om te doen in België, en moeilijker om te controleren. Bij een loontrekkende is het meer waterdicht. Om misbruik te vermijden, geven we een nieuwe zelfstandige een deeltijds uurrooster om te starten. Zo hebben ze de tijd om hun activiteit uit te bouwen, en zodra ze kunnen bewijzen aan de hand van facturen dat ze een voltijdse activiteit hebben, krijgen ze een voltijds uurrooster. Maar als je kijkt naar het aantal mensen dat zich effectief vestigt als zelfstandige, valt dat enorm mee. Het vraagt wel extra inspanningen van onze administratieve krachten en justitieassistenten om dat allemaal te controleren.”

De Leeuw: “Het nieuwe platform mijnenkelband.be dat recent gelanceerd is zal hierin een grote hulp zijn. Zodra mensen inloggen via Itsme of eID kunnen ze allerhande informatie raadplegen, en binnenkort zullen ze zelf wijzigingen in hun uurrooster kunnen aanvragen en documenten uploaden. Die aanvragen worden door ons nog altijd strikt gecontroleerd, maar zo besparen we al heel wat telefoontjes. Het VCET kreeg in 2023 in totaal 202.054 telefoonoproepen, een groot deel daarvan gaat over veranderingen van uurroosters en dergelijke. Met dit portaal gaan we dus een pak sneller en efficiënter kunnen werken en ons meer kunnen focussen op kwaliteitsvolle tussenkomsten.” 

Terug